TERUG naar Overzicht van Vc 2000 en Vc 2013
In onderstaande tabel staat in de linker kolom de tekst van de bepaling zoals die op 31 maart 2013 luidde in Vc 2000.
In de rechter kolom staat de HUIDIGE tekst zoals die OP 1 april 2013 in de Vc 2013 voorkomt.
Vc 2000

Vc 2000 A4/6.1. Algemene uitgangspunten

Uitzetting is een bevoegdheid en geen verplichting van de Minister. De titel tot uitzetting is van rechtswege het gevolg van het niet verlenen, niet verlengen of intrekken van de vergunning, het eindigen van het rechtmatig verblijf, of het niet rechtmatige verblijf. In de artikelen 27, 45 en 63 Vw is opgenomen dat de vreemdeling kan worden uitgezet indien hij Nederland niet uit eigen beweging verlaat binnen de daartoe gestelde termijn. De rechter kan op het moment van het doen van zijn uitspraak beoordelen of er beletselen bestaan tegen uitzetting. Als de rechter de beschikking in stand laat, is met die uitspraak bevestigd dat de vreemdeling Nederland dient te verlaten.

Uitzetting vindt plaats:

-

door overgave aan de buitenlandse grensautoriteiten;

-

door plaatsing aan boord van een vliegtuig of schip van de onderneming door wiens tussenkomst de vreemdeling heeft aangevoerd (zie A4/8); of

-

indien geen van de bovenstaande opties mogelijk is: rechtstreeks, dan wel indirect door middel van een tussenstop, naar een land waarvan op basis van het geheel van feiten en omstandigheden kan worden aangenomen dat de vreemdeling aldaar de toegang wordt verleend.

Van belang is dat in het kader van de uitzetting nimmer aan de autoriteiten van het land van herkomst van de vreemdeling, noch aan autoriteiten van het land van doorreis of bestemming, mag worden medegedeeld, of documenten mogen worden verstrekt waaruit blijkt dat de vreemdeling eerder een asielaanvraag heeft ingediend. Om te voorkomen dat deze informatie de genoemde autoriteiten bereikt, mag ook nimmer aan het personeel van de vervoersmaatschappij waarmee de vreemdeling wordt uitgezet, worden medegedeeld dat hij een asielaanvraag heeft ingediend. Er kan slechts worden aangegeven dat de vreemdeling geen rechtmatig verblijf in Nederland (meer) heeft en om die reden Nederland dient te verlaten.

Uitgeprocedeerde Amv's

Uitgeprocedeerde Amv's ten aanzien van wie geen twijfel bestaat over de opgegeven leeftijd en van wie de verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd op grond van het bijzondere beleid inzake Amv's is geweigerd, komen in aanmerking voor voorzieningen in Nederland totdat het vertrek geéffectueerd wordt zolang zij nog minderjarig zijn.

Indien niet aannemelijk is geworden dat betrokkene zich zelfstandig kan handhaven (zie B14/2.2.3), dient bij de feitelijke terugkeer de toegang tot een concrete opvangplaats geregeld te zijn, tenzij in het landgebonden asielbeleid is vastgelegd dat de autoriteiten van het land van herkomst of een ander land waar betrokkene redelijkerwijs heen kan gaan, zorgdragen voor de opvang van alleenstaande minderjarigen. In dat geval rust op de Nederlandse overheid geen taak om te treden in de wijze van opvang van de minderjarigen.

Alvorens tot uitzetting over te gaan van een Amv van wie de asielaanvraag is afgewezen, dient contact opgenomen te worden met de DT&V en de IND. De voogd wordt op de hoogte gesteld van het besluit dat de betrokkene wordt uitgezet en van de wijze waarop de uitzetting zal plaatsvinden.

Verwijdering van gezinsleden

Indien het hoofd van een gezin uit Nederland moet worden verwijderd, geldt als algemene regel dat de tot zijn gezin behorende vreemdelingen, aan wie het niet of niet langer krachtens een van de bepalingen van artikel 8 Vw is toegestaan in Nederland te verblijven, zoveel mogelijk met het hoofd van het gezin verwijderd dienen te worden. Indien al dan niet door toedoen van een gezinslid gezamenlijk vertrek van het gezin niet mogelijk is, kan gescheiden verwijdering pas plaatsvinden nadat de zaak is beoordeeld en getoetst door de DT&V.

Vc 2013
A3/6Uitzetting

top

Vc 2013 - A3 / 6. Uitzetting

Uitzetting van een vreemdeling vindt plaats op tenminste een van de volgende wijzen:

  • door overdracht van de vreemdeling aan de buitenlandse grensautoriteiten;

  • door plaatsing van de vreemdeling aan boord van een vliegtuig of schip van de onderneming die de vreemdeling naar Nederland heeft vervoerd;

  • de vreemdeling wordt rechtstreeks of met een tussenstop uitgezet naar een land waarvan op basis van feiten en omstandigheden wordt aangenomen dat de vreemdeling daar de toegang wordt verleend.

  • top
    top