TERUG naar Overzicht van Vc 2000 en Vc 2013
In onderstaande tabel staat in de linker kolom de tekst van de bepaling zoals die op 31 maart 2013 luidde in Vc 2000.
In de rechter kolom staat de HUIDIGE tekst zoals die OP 1 april 2013 in de Vc 2013 voorkomt.
Vc 2000

Vc 2000 C4/2.2.3. Bescherming door internationale organisaties

Onder de in artikel 3.37c, eerste lid, onder b, VV genoemde internationale organisaties wordt gedacht aan internationale organisaties zoals de VN of de NAVO. Het moet gaan om een stabiele, op een staat gelijkende instantie die zeggenschap heeft over het grondgebied van het desbetreffende land en die bereid en in staat is om individuele personen te beschermen op soortgelijke wijze als een internationaal erkende staat. Waar het uiteindelijk om gaat, is of de desbetreffende vreemdeling bij terugkeer naar het land van herkomst aldaar al dan niet een gegronde vrees voor vervolging of een reëel risico op een behandeling als bedoeld in artikel 29, eerste lid, onder b, Vw heeft.

Vc 2013
C2/6.16.1 Er is geen rechtsgrond voor verlening van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd

top

Vc 2013 Deel C - 2/ 6.1 Er is geen rechtsgrond voor verlening van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd


De IND beoordeelt de vraag of bescherming van de vreemdeling in de zin van artikel 3.37c, eerste lid, VV mogelijk is, op het moment waarop de beslissing op de aanvraag om verlening van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd plaatsvindt.

Bescherming door de autoriteiten

Bij de beoordeling of de staat aan de vreemdeling bescherming kan bieden zoals bedoeld in artikel 3.37c, eerste lid, onder a, VV gelden de volgende twee regels.

Als de dreiging uitgaat van een individu (of een groep individuen) die onderdeel uitmaakt van de autoriteiten, maar waarbij verwacht kan worden dat een meerdere van dat individu (of de groep individuen) de dreiging niet steunt en daartegen wil en kan optreden, moet de vreemdeling de bescherming van die meerdere zoeken.

Als de dreiging uitgaat van de lokale autoriteiten terwijl aangenomen kan worden dat de centrale autoriteiten hiertegen bescherming willen en kunnen bieden, moet de vreemdeling de bescherming van die centrale autoriteiten zoeken.

Bescherming door internationale organisaties

Onder de in artikel 3.37c, eerste lid, onder b, VV genoemde internationale organisaties verstaat de IND uitsluitend een stabiele, op een staat gelijkende autoriteit, die in ieder geval;

  • zeggenschap heeft over het grondgebied van het desbetreffende land; en

  • bereid en in staat is om individuen te beschermen op soortgelijke wijze als een internationaal erkende staat.

    De IND beschouwt in ieder geval de volgende organisaties als internationale organisatie als bedoeld in artikel 3.37c, eerste lid, onder b, VV:
  • VN;

  • NAVO.


    Redelijke maatregelen

    Een maatregel als bedoeld in artikel 3.37c, tweede lid, VV is redelijk als deze:

  • in relatie staat tot de dreiging;

  • inhoudt dat aan de vreemdeling bescherming voor de direct voorzienbare toekomst kan worden geboden.

    Bewijslast

    Bij de beoordeling van de mogelijkheid van bescherming moet in eerste instantie de vreemdeling zelf aannemelijk maken dat hem geen bescherming kan worden geboden. Afhankelijk van de individuele situatie van de vreemdeling en de algehele situatie in het land van herkomst kan de bewijslast meer naar de zijde van de Nederlandse overheid verschuiven.

    De IND betrekt bij de beoordeling of de autoriteiten in het land van herkomst in staat of bereid zijn effectieve bescherming te bieden in ieder geval:

  • de individuele verklaringen van de vreemdeling, dat de vreemdeling geen bescherming wordt geboden;

  • de omstandigheid dat de vreemdeling aannemelijk heeft gemaakt dat de vreemdeling tevergeefs de bescherming van de autoriteiten heeft ingeroepen;

  • informatie over de algemene situatie in het land van herkomst aan de hand van ambtsberichten van de Minister van Buitenlandse Zaken en rapporten van internationale organisaties.

    De vreemdeling hoeft niet aannemelijk te maken dat hem geen bescherming kan worden geboden, als sprake is van tenminste één van de volgende situaties:
  • uit algemene informatie uit objectieve bron over het land van herkomst blijkt dat bescherming in zijn algemeenheid niet mogelijk is;

  • uit algemene informatie uit objectieve bron over het land van herkomst blijkt dat een verzoek om bescherming bij voorbaat zinloos of zelfs gevaarlijk is.

    Uitzondering op deze regel is de omstandigheid dat uit de verklaringen van de vreemdeling is gebleken dat de autoriteiten in zijn geval wel bescherming hebben geboden of bereid waren bescherming te bieden aan de vreemdeling.

    Als uit algemene informatie over het land van herkomst blijkt dat bescherming niet eenvoudig kan worden verkregen, moet de vreemdeling aannemelijk maken dat bescherming in zijn geval in het geheel niet kan worden verkregen. Wel kan in dat geval de algemene informatie aanleiding zijn eerder te oordelen dat de vreemdeling aannemelijk heeft gemaakt dat bescherming niet mogelijk is.

    Als de vreemdeling stelt dat het inroepen van bescherming gevaarlijk zou zijn, maar dit niet al uit openbare, objectieve bron blijkt, moet de vreemdeling dit voor zijn individuele situatie aannemelijk maken.

    Beschermingsalternatief

    Bij de beantwoording van de vraag of een vreemdeling bescherming in Nederland behoeft tegen dreigende vervolging, mensenrechtenschending of de algehele situatie in het land van herkomst, beoordeelt de IND in alle gevallen of de vreemdeling in het land van herkomst een beschermingsalternatief heeft door zich in een ander gebied in het land van herkomst aan deze dreiging te onttrekken.

    De term beschermingsalternatief is een verzamelterm voor het vlucht-, vestigings-en verblijfsalternatief. Bepalend voor het gebruik van deze termen is de dreiging waartegen deze alternatieven voor de vreemdeling bescherming bieden.

    De term vluchtalternatief gebruikt de IND bij bescherming van de vreemdeling tegen dreigende vervolging in de zin van het Vluchtelingenverdrag.

    De term vestigingsalternatief gebruikt de IND voor de volgende twee situaties:

  • bij bescherming van de vreemdeling tegen foltering en onmenselijke of vernederende behandeling of bestraffing;

  • bij bescherming van de vreemdeling tegen de confrontatie met ongestraft gebleven daders op grond van het beleid inzake traumata.


    De term verblijfsalternatief gebruikt de IND bij bescherming van vreemdeling tegen de slechte algehele situatie in een deel van het land van herkomst en speelt een rol bij de beoordeling of een beleid van categoriale bescherming geïndiceerd is. De IND neemt aan dat een ander gebied in het land van herkomst op grond van artikel 3.37d VV voldoet als vlucht-of vestigingsalternatief en verwacht van de vreemdeling dat hij zich naar dat andere gebied in het land van herkomst begeeft als aan alle volgende voorwaarden is voldaan:

    a. het gaat om een gebied in het land van herkomst waarvoor de vreemdeling geen risico bestaat op gegronde vrees voor vervolging als bedoeld in het Vluchtelingenverdrag of een reëel risico op folteringen, onmenselijke of vernederende behandelingen of bestraffingen bestaat;
    b. de vreemdeling kan op veilige wijze toegang tot dat gebied in het land van herkomst verkrijgen;
    c. de vreemdeling kan zich in het gebied in het land van herkomst vestigen en van de vreemdeling kan redelijkerwijs worden verwacht dat hij in dat deel van het land verblijft.

    Ad a.

    Naast het vereiste dat de dreiging in het andere gebied niet bestaat, is het ook van belang dat de vreemdeling in het andere gebied geen nieuwe dreiging zal ondervinden. Als de dreiging een gevolg is van een uitzonderlijke situatie als bedoeld in artikel 15c van richtlijn 2004/83/EG in een bepaald gebied en niet gerelateerd is aan individuele, persoonlijke vrees, kan de vreemdeling afkomstig uit dat gebied zich onttrekken aan deze dreiging door zich te vestigen in een plaats gelegen buiten het hier bedoelde gebied. De voorwaarden genoemd onder b en c voor het tegenwerpen van een vestigingsalternatief blijven onverkort van toepassing.

    Ad b.

    Het gebied moet vanuit Nederland daadwerkelijk bereikbaar zijn. Daarnaast moet het gebied op legale en veilige wijze kunnen worden bereikt.

    Ad c.

    De bescherming die de vreemdeling in het gebied verkrijgt, hoeft niet dezelfde te zijn als de bescherming die de vreemdeling in Nederland zou hebben verkregen. De vreemdeling moet zich in het gebied kunnen vestigen en een leven kunnen leiden onder omstandigheden, die naar plaatselijke maatstaven gemeten als normaal zijn aan te merken. De vreemdeling mag in het betreffende gebied niet achtergesteld worden in de uitoefening van essentiële rechten ten opzichte van de overige bevolking. Daarnaast mogen de levensomstandigheden in het betreffende gebied in zijn algemeenheid niet zodanig zijn dat dit op zichzelf al kan leiden tot een humanitaire noodsituatie.

    Dat de omstandigheden in het gebied minder gunstig zijn dan in het oorspronkelijke woongebied van de vreemdeling acht de IND onvoldoende reden om geen vlucht-of vestigingsalternatief tegen te werpen.

    De IND beoordeelt een vlucht-, of vestigingsalternatief pas nadat is vastgesteld dat er sprake is van gegronde vrees voor vervolging op basis van een van de in het Vluchtelingenverdrag genoemde gronden of een reëel risico in de zin van artikel 29, eerste lid, aanhef en onder b, Vw.

    De Minister bepaalt aan de hand van de over het land van herkomst beschikbare informatie of een vlucht-of vestigingsalternatief aanwezig is. De vreemdeling moet vervolgens aannemelijk maken dat het vlucht-of vestigingsalternatief in zijn geval niet aanwezig is en dat van hem niet verlangd kan worden dat hij zich vestigt in een ander gebied in het land van herkomst.

    Terugkeer naar het land van herkomst

    De IND verleent geen verblijfsvergunning op grond van artikel 29, eerste lid, aanhef en onder a tot en met d, Vw als er concrete aanwijzingen bestaan dat de vreemdeling na indiening van zijn aanvraag om verlening van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd naar zijn land van herkomst is terug geweest.


  • top
    top