TERUG naar Overzicht van Vc 2000 en Vc 2013
In onderstaande tabel staat in de linker kolom de tekst van de bepaling zoals die op 31 maart 2013 luidde in Vc 2000.
In de rechter kolom staat de HUIDIGE tekst zoals die OP 1 april 2013 in de Vc 2013 voorkomt.
Vc 2000

Vc 2000 A3/7.3.8. Verplichtingen op grond van de Awb

Zoals hierboven al is aangegeven, kan het voorkomen dat een ambtenaar belast met grensbewaking of met toezicht op vreemdelingen gegevens nodig heeft van een vreemdeling, maar dat het verstrekken van die gegevens niet kan worden gevorderd op basis van de Vw. In die gevallen kan een vordering de benodigde gegevens te verstrekken of bescheiden te tonen, worden gebaseerd op de Awb. Voorwaarde daarvoor is dat de vordering verband houdt met de uitoefening van de toezichthoudende taak van de ambtenaar. Voorts dient in het oog gehouden te worden dat van de bevoegdheden alleen gebruik wordt gemaakt indien dit voor de vervulling van de taak redelijkerwijs noodzakelijk is (het evenredigheidsbeginsel).

De in het kader van het verstrekken van inlichtingen en het tonen van bescheiden van belang zijnde artikelen zijn 5:16, 5:17 en 5:20 Awb.

Alle vreemdelingen zijn op grond van voornoemde artikelen van de Awb tegenover elke ambtenaar die belast is met de grensbewaking of met het toezicht op vreemdelingen verplicht desgevorderd bijvoorbeeld gegevens te verstrekken en de in hun bezit zijnde bescheiden te tonen die kunnen dienen ter vaststelling van:

-

hun identiteit, nationaliteit, burgerlijke staat, beroep, alsmede tegenwoordige en vroegere woon- of verblijfplaats met adres. De gegevens met betrekking tot identiteit en nationaliteit zullen in de regel kunnen worden ontleend aan het document als bedoeld in artikel 4.21 Vb. Heeft de vreemdeling echter het voorgeschreven document niet bij zich, of bestaat er gegronde aanleiding te twijfelen aan de echtheid van dat document, dan moet getracht worden de hier bedoelde gegevens vast te stellen aan de hand van andere in het bezit van de vreemdeling zijnde bescheiden of door deze verstrekte inlichtingen.

Informeren naar tegenwoordige en vroegere woon- of verblijfplaats met adres is noodzakelijk om na te gaan of de vreemdeling heeft voldaan aan de bij artikel 4.48 Vb voorgeschreven verplichtingen.

-

datum, plaats en wijze van binnenkomst in Nederland. Deze gegevens zijn met name van belang voor de vraag:

  • of de vreemdeling op regelmatige wijze Nederland is binnengekomen;

  • of de voor hem geldende 'vrije termijn' (zie artikel 8, aanhef en onder i, Vw juncto artikel 3.3 Vb) al dan niet is verstreken;

  • naar welk land hij eventueel dient te worden uitgezet.

-

doel en duur van hun voorgenomen verblijf in Nederland.

Deze gegevens zijn nodig om na te gaan:

  • of de vreemdeling heeft voldaan aan de verplichting tot het doen van mededeling omtrent het gaan zoeken dan wel gaan verrichten van arbeid (zie artikel 4.42, eerste lid, Vb);

  • of de vrije termijn van de vreemdeling eventueel is beéindigd;

  • of het doel van het verblijf nog in overeenstemming is met een aan een vergunning tot verblijf verbonden beperking;

-

middelen van bestaan.

Dit gegeven is noodzakelijk om na te gaan of er redenen zijn voor het intrekken of weigeren van de verlenging van de geldigheidsduur van de vergunning tot verblijf wegens het niet meer beschikken over voldoende middelen van bestaan.

De medewerkingsplicht van artikel 5:20 Awb houdt in dat de vreemdeling verplicht is tot het verstrekken van de gevraagde inlichtingen en tot afgifte van de gevorderde gegevens en bescheiden. Het weigeren van de vereiste medewerking is strafbaar gesteld in artikel 184 WvSr.

Vc 2013
vervallen

top
top
top