Vc 2000
Vc 2000 A5/10.1. InleidingDe ongewenstverklaring betreft een administratieve maatregel die ten doel heeft bepaalde vreemdelingen, aan wie het niet of niet langer is toegestaan in Nederland te verblijven, uit ons land te weren. Door de ongewenstverklaring wordt het verblijf in en illegale terugkeer naar Nederland van de vreemdeling strafbaar. Een vreemdeling die in Nederland verblijft, terwijl hij weet of ernstige redenen heeft om te vermoeden dat hij tot ongewenste vreemdeling is verklaard, maakt zich schuldig aan een misdrijf (zie artikel 197 WvSr). De ongewenstverklaring betekent tevens dat artikel 8 Vw niet van toepassing is. Dit heeft tot gevolg dat deze vreemdelingen - zolang de ongewenstverklaring van kracht blijft - niet gedurende de 'vrije termijn' in Nederland mogen verblijven en geen andere titel tot verblijf kunnen verkrijgen. Dit betekent tevens dat in het kader van de grensbewaking aan deze vreemdelingen de toegang tot het grondgebied zal worden geweigerd. Evenmin is het hun toegestaan de behandeling van een aanvraag in Nederland af te wachten. Tevens kan naar aanleiding van de ongewenstverklaring, de vreemdeling als ongewenst worden gesignaleerd in het OPS of (N)SIS (zie A3/9). In weerwil van hetgeen in artikel 67, derde lid Vw is bepaald, heeft een vreemdeling die ongewenst is verklaard rechtmatig verblijf indien hij een aanvraag tot het verlenen van een verblijfsvergunning als bedoeld in artikel 28 Vw heeft ingediend (of te kennen heeft gegeven een dergelijke aanvraag in te willen dienen) zolang op die aanvraag nog niet is beslist. |
Vc 2013
|