Vc 2000
Vc 2000 Deel C - 10 / 1. Vertrouwelijkheid
van de informatie
Op grond van artikel
3.111, eerste lid, Vb, heeft de vreemdeling de plicht om gedurende ten
behoeve van de asielaanvraag alle gegevens te verstrekken op basis
waarvan de asielaanvraag beoordeeld kan worden. In artikel 3.45 VV is
neergelegd dat deze gegevens bestaan uit de verklaringen van de
vreemdeling en alle in zijn bezit zijnde documentatie over zijn
achtergrond en die van relevante familieleden, zijn leeftijd,
identiteit, nationaliteit(en), landen en plaatsen van eerder verblijf,
eerdere asielaanvragen, reisroutes, identiteits- en reisdocumenten en
de redenen waarom hij een asielaanvraag
indient.
De informatie die de vreemdeling
tijdens de procedure verstrekt, dient strikt vertrouwelijk te worden
behandeld. Op deze informatie zijn van toepassing de Wbp en de
privacyreglementen voor de geautomatiseerde informatiesystemen waarin
de betrokken persoon is geregistreerd. Gegevens worden in beginsel
alleen verstrekt aan de betrokken vreemdeling zelf, diens gemachtigde
en de ambtenaren en functionarissen die worden genoemd in bovengenoemde
regelingen en onder de in die regelingen genoemde
voorwaarden.
Het voorgaande houdt onder
meer in dat aan derden, waaronder ook worden verstaan
vertegenwoordigers van de media, politici en advocaten die niet
optreden als gemachtigde van de betrokken vreemdeling, geen gegevens
mogen worden verstrekt over die vreemdeling. Telefonische informatie
wordt alleen verstrekt wanneer is gebleken dat de informatievrager
gerechtigd is die informatie te
ontvangen.
Getuigen
van oorlogsmisdrijven en misdrijven tegen de
menselijkheid
Het is niet uitgesloten dat
een vreemdeling die een asielaanvraag indient, vanuit eigen
ondervinding en eigen waarneming kan getuigen over in het land van
herkomst begane oorlogsmisdrijven en/of misdrijven tegen de
menselijkheid. Deze getuigenissen zijn van belang - of kunnen in
de toekomst van belang worden - bij het (doen) vervolgen van de
daders van deze feiten, voor de vervolging waarvan Nederland op grond
van internationale verdragen bevoegd of verplicht
is.
In deze zaken vraagt de IND de
vreemdeling toestemming te verlenen het dossier door te zenden naar de
Officier van Justitie die is belast met de vervolging van
oorlogsmisdadigers,
indien:
er
aanwijzingen zijn dat de potentiële verdachte zich in Nederland
bevindt;
in het land van
herkomst van de getuige sprake is van een
(burger)oorlogssituatie;
er
sprake is van concrete strafbare feiten;
en
de afgelegde verklaringen
geloofwaardig
zijn.
|
Vc 2013
C1/1 | 1. Inleiding |
C1/2 | 2. Aanvraagprocedures |
C1/2.1 | 2.1 Algemeen |
|
topVc 2013 Deel C - 1/ 1. Inleiding
In dit hoofdstuk zijn beleidsregels opgenomen in:
paragraaf 1 die een aanvulling zijn op of een uitwerking zijn van artikelen 36 en 37 Vw en van de artikelen 3.109 tot en met 3.115 Vb en 3.118 Vb;
paragraaf 2 die een aanvulling zijn op of een uitwerking zijn van de artikelen 29 en 30 Vw.
Vertrouwelijkheid van de informatie
De IND behandelt de informatie die de vreemdeling verstrekt op grond van artikel 3.111 lid 1 Vb en
3.45 VV, strikt vertrouwelijk met inachtneming van de Wbp en de privacyreglementen voor de geautomatiseerde informatiesystemen, waarin de vreemdeling is geregistreerd. De IND verstrekt geen informatie over de vreemdeling aan derden, anders dan op grond van wettelijke verplichtingen of met de uitdrukkelijke toestemming van de vreemdeling.
De IND verzoekt de vreemdeling toestemming om het dossier van de vreemdeling door te zenden naar de Officier van Justitie, in ieder geval als:
de vreemdeling vanuit eigen ondervinding en eigen waarneming kan getuigen over in het land van herkomst begane oorlogsmisdrijven of misdrijven tegen de menselijkheid en de verklaringen van de vreemdeling hierover geloofwaardig zijn;
er aanwijzingen zijn dat de potentiële verdachte zich in Nederland bevindt;
in het land van herkomst van de getuige sprake is van een (burger)oorlogssituatie; en
er sprake is van strafbare feiten door derden.
Geen aantekeningen
De ambtenaar belast met het toezicht op vreemdelingen maakt op grond van artikel 4.29 Vb geen aantekeningen in het reis -en identiteitspapier van een vreemdeling over de aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd van de vreemdeling. Dit geldt in ieder geval voor de vreemdeling:
van wie de aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd door de IND is afgewezen; of
die zijn aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd heeft ingetrokken.
De ambtenaar belast met het toezicht op vreemdelingen mag een aantekening maken in het reis -en identiteitspapier van een vreemdeling over de aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd, als de vreemdeling geen asielprocedure meer doorloopt, en zich ten minste één van de volgende situaties voordoet:
de vreemdeling heeft Nederland verlaten en is nadien naar Nederland teruggekeerd;
de vreemdeling heeft een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd.
|
topVc 2013 Deel C - 1/ 2. Aanvraagprocedures
|
topVc 2013 Deel C - 1/ 2.1 Algemeen
Vreemdelingen van wie de vrijheid is ontnomen
Als een vreemdeling van wie op grond van artikel 59 Vw de vrijheid is ontnomen te kennen geeft een aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te willen indienen, kan de IND besluiten aanmeldcentrum Schiphol aan als locatie aan te wijzen waar de vreemdeling deze aanvraag moet indienen. Of de vreemdeling voor de indiening en de behandeling van zijn aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd wordt overgeplaatst naar aanmeldcentrum Schiphol, beoordeelt de IND in overleg met de DT&V, de ambtenaar belast met de grensbewaking of met het toezicht op vreemdelingen. De IND weegt bij deze beoordeling in ieder geval de volgende omstandigheden mee:
de mogelijkheid van een spoedige uitzetting na een eventuele afwijzing van de aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd;
de beschikbaarheid van tolken in aanmeldcentrum Schiphol;
de mogelijkheden tot vervoer van de vreemdeling van de plaats waar de vrijheidsontneming ten uitvoer wordt gelegd naar aanmeldcentrum Schiphol; en
de omstandigheden gelegen in de persoon van de vreemdeling.
Het uitgangspunt bij de beoordeling is dat de vreemdeling wordt overgeplaatst naar aanmeldcentrum Schiphol voor de indiening en de behandeling van de aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd.
Aanmeldcentrum Schiphol
De vreemdeling wordt zo snel mogelijk nadat de vreemdeling naar aanmeldcentrum Schiphol is overgebracht, in de gelegenheid gesteld om zijn aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd in te dienen. De tijd voorafgaand aan de indiening van de aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd kan worden gebruikt om de vreemdeling voor te bereiden op de asielprocedure.
|
|