Vc 2000
Vc 2000 Deel C - 24 / 8.6.4. Artikel 1F Vluchtelingenverdrag
Het beleid zoals neergelegd in C4/3.11.3 is van toepassing. Voor de procedure omtrent getuigen van oorlogsmisdrijven en misdrijven tegen de menselijkheid wordt verwezen naar C11/3.1. Verder zijn er nog de volgende aandachtspunten. Zowel leden van het leger, de politie en de veiligheidsdienst, als leden van (voormalige) rebellenmilities hebben zich in de DRC op grote schaal schuldig gemaakt aan het schenden van de mensenrechten. Met name de strijdende partijen in het oosten van de DRC maken zich schuldig aan foltering en andere oorlogsmisdrijven. Om die reden dient men er in het bijzonder op bedacht te zijn of betrokkene zich mogelijk schuldig heeft gemaakt aan gedragingen als omschreven in artikel 1F Vluchtelingenverdrag. Vorenstaande kan ook van belang zijn bij minderjarigen, aangezien met name de rebellengroeperingen en sommige fracties van het nationale leger gebruik maken dan wel gebruik hebben gemaakt van kindsoldaten. |
Vc 2013
|