TERUG naar Overzicht van Vc 2000 en Vc 2013
In onderstaande tabel staat in de linker kolom de tekst van de bepaling zoals die op 31 maart 2013 luidde in Vc 2000.
In de rechter kolom staat de HUIDIGE tekst zoals die OP 1 april 2013 in de Vc 2013 voorkomt.
Vc 2000

Vc 2000 Deel C - 24 / 9.3.4. Vrouwen

Het algemene beleid, zoals onder andere weergegeven in C2/2.11, C2/3.2 en C14/4.3 is van toepassing.

(Seksueel) geweld tegen vrouwen

Geweld tegen vrouwen en meisjes, met name huiselijk geweld en verkrachting, komt veelvuldig voor in Eritrea. Er bestaat de mogelijkheid tot het inroepen van mediation en het inschakelen van de rechter. Dit komt in de praktijk echter vrijwel niet voor. Verkrachting geldt als een misdrijf. Niet duidelijk is of verkrachting binnen het huwelijk strafbaar is. Er wordt niet of nauwelijks aangifte gedaan van seksueel geweld.

Vrouwen die aannemelijk hebben gemaakt dat zij te vrezen hebben voor geweldpleging in Eritrea, kunnen op grond van artikel 29, eerste lid, onder b, Vw in aanmerking komen voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. Ten aanzien van de mogelijkheid van het inroepen van bescherming van de autoriteiten zal in zijn algemeenheid de aanwezigheid van bescherming niet snel kunnen worden aangenomen, tenzij uit individuele omstandigheden dan wel uit algemene bron kan worden afgeleid dat het inroepen van bescherming daadwerkelijk soelaas kan bieden.

Genitale verminking

Hoewel genitale verminking sinds maart 2007 in Eritrea verboden is, komt dit overal in het land en in vrijwel alle gemeenschappen voor. De leeftijd waarop FGM in Eritrea wordt uitgevoerd, is afhankelijk van de etnische groep waartoe men hoort. Veelal ondergaan meisjes van vijf jaar of jonger FGM. Met inachtneming van hetgeen hieromtrent bekend is uit algemene bron, wordt beoordeeld of er gelet op de leeftijd en de etniciteit sprake is van een aannemelijk beroep op vrees voor vrouwenbesnijdenis.

Indien een meisje of vrouw nog niet besneden is en dit in haar land van herkomst niet kan ontlopen, kan sprake zijn van een reëel risico voor een schending van artikel 3 EVRM. In die situatie kan op grond van artikel 29, eerste lid, aanhef en onder b, Vw een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd worden verleend.

Hierbij wordt niet verlangd dat zij zich tot de autoriteiten heeft gewend voor bescherming. Een vestigingsalternatief binnen Eritrea wordt in beginsel niet aanwezig geacht.

Vc 2013