TERUG naar Overzicht van Vc 2000 en Vc 2013
In onderstaande tabel staat in de linker kolom de tekst van de bepaling zoals die op 31 maart 2013 luidde in Vc 2000.
In de rechter kolom staat de HUIDIGE tekst zoals die OP 1 april 2013 in de Vc 2013 voorkomt.
Vc 2000

Vc 2000 Deel C - 9 / 2.1.3. Vreemdelingen van wie de vrijheid is ontnomen

De asielaanvraag van een vreemdeling van wie de vrijheid is ontnomen, wordt op grond van artikel 3.108, derde lid, Vb, ingediend op de plaats waar de vrijheidsontneming ten uitvoer wordt gelegd. Dat kan een politiecel, een cel van de KMar, een Huis van Bewaring, een uitzetcentrum of AC Schiphol zijn.

Wanneer een vreemdeling van wie de vrijheid is ontnomen op grond van artikel 59 Vw te kennen geeft een asielaanvraag te willen indienen, kan door de IND worden besloten de vreemdeling voor de indiening van de aanvraag over te plaatsen naar het AC Schiphol om de aanvraag in de algemene asielprocedure te kunnen behandelen. Dit geldt zowel voor vreemdelingen die een eerste asielaanvraag willen indienen, als voor vreemdelingen die een tweede of volgende asielaanvraag willen indienen. Wanneer hiertoe wordt besloten, wordt de vrijheidsontneming voortgezet in het AC en wordt de vreemdeling in de gelegenheid gesteld om de asielaanvraag daar in te dienen. In afwijking van het gestelde in C12/5.1 geldt, dat indien blijkt dat de asielaanvraag zich niet leent voor afdoening in de algemene asielprocedure, de IND beoordeelt of de bewaringsmaatregel dient te worden opgeheven en de asielzoeker wordt doorverwezen naar een opvanglocatie, óf dat de bewaringsmaatregel wordt voortgezet en de asielaanvraag wordt behandeld op de wijze zoals is neergelegd in C13/3.3, C15/4 en C16/3.3.

Of de vreemdeling ter behandeling van de asielaanvraag wordt overgeplaatst naar het AC Schiphol wordt beoordeeld door de IND in overleg met de DT&V, de KMar dan wel de vreemdelingenpolitie. Aspecten die bij deze beoordeling van belang zijn, zijn onder meer de mogelijkheid van een spoedige uitzetting na een eventuele afwijzing, de capaciteit en beschikbaarheid van tolken in het AC Schiphol en de mogelijkheden tot vervoer van de vreemdeling. Ook omstandigheden gelegen in de persoon van de vreemdeling kunnen hierbij een rol spelen. Uitgangspunt is dat de vreemdeling ter behandeling van de asielaanvraag wordt overgeplaatst naar AC Schiphol.

Indien niet wordt besloten tot overplaatsing naar het AC Schiphol, neemt de KMar of de vreemdelingenpolitie de asielaanvraag in ontvangst en zendt deze, samen met het model M56 (kennisgeving aanvraag verblijfsvergunning door een inbewaringgestelde vreemdeling) door naar de IND. In deze gevallen reikt de KMar dan wel de vreemdelingenpolitie bij het in ontvangst nemen van de aanvraag de brochure bedoeld in artikel 3.43a VV uit.

Het indienen van de asielaanvraag heeft niet tot gevolg dat de vreemdelingenbewaring op grond van artikel 59 Vw om die enkele reden wordt opgeheven. Wel moet de Korpschef, de Commandant van de KMar of de Algemeen Directeur van de DT&V, gelet op artikel 5.3, tweede lid, Vb, de grond van de inbewaringstelling zo spoedig mogelijk wijzigen. Deze maatregel moet, net zoals de inbewaringstelling zelf, worden gemotiveerd en uitgereikt aan de vreemdeling. De vreemdeling verblijft vervolgens niet langer in bewaring op grond van artikel 59, eerste lid, onder a, Vw, maar op grond van artikel 59, eerste lid, onder b, Vw. Dit is alleen anders indien de vreemdeling in kwestie een ongewenst verklaarde vreemdeling betreft, omdat een ongewenst verklaarde vreemdeling door de indiening van een asielaanvraag geen rechtmatig verblijf verkrijgt. In dat geval duurt de bewaring op grond van artikel 59, eerste lid, onder a, Vw, voort.

Het wijzigen van de grond van de inbewaringstelling vindt ook plaats wanneer de vreemdeling ter behandeling van de asielaanvraag is overgebracht naar het AC Schiphol en gebeurt in dat geval nadat de asielaanvraag in het AC is ingediend.

Het indienen van de asielaanvraag door een vreemdeling aan wie rechtens de vrijheid is ontnomen, heeft evenmin tot gevolg dat de uitzettingshandelingen worden stopgezet of opgeschort, met dien verstande dat de uitgangspunten van de asielprocedure niet worden aangetast. Zo blijven handelingen waarbij contact wordt gelegd met de autoriteiten van het land van herkomst in beginsel achterwege (zie A4/4.1).

Vreemdelingen aan wie op strafrechtelijke gronden de vrijheid is ontnomen worden ter behandeling van een asielaanvraag niet overgebracht naar het AC Schiphol. De asielaanvraag wordt in die gevallen ingediend in de plaats waar de vrijheidsontneming ten uitvoer wordt gelegd.

Handelingen ten behoeve van het toezicht

Op grond van artikel 4 Verordening 2725/2000 worden door de vreemdelingenpolitie of KMar de vingerafdrukken van alle vreemdelingen van veertien jaar en ouder die asiel aanvragen geregistreerd in Eurodac in categorie 1. Categorie 1 is uitsluitend beschikbaar bij de AC's en bij de unit Dublin van de IND. Het vingerafdrukkenformulier van asielzoekers in vreemdelingenbewaring moet door de vreemdelingenpolitie of KMar aan de IND in AC Schiphol worden verzonden, onder vermelding van het Vreemdelingennummer. Indien het dossier niet naar AC Schiphol wordt verstuurd, moet het vingerafdrukkenformulier naar de unit Dublin van de IND worden gezonden onder vermelding van 'registratie in categorie 1 in Eurodac vanwege asiel in bewaring'.

Het kan voorkomen dat al in het kader van de terugkeer van betrokkene een raadpleegactie in Eurodac is uitgevoerd in categorie 3 en dat daaruit is gebleken dat betrokkene al in een ander land asiel heeft aangevraagd. Dit ontslaat de vreemdelingenpolitie of KMar niet van de verplichting de vingerafdrukken te registreren in categorie 1. In het kader van de asielregistratie zal Eurodac een nieuwe vergelijking uitvoeren. Indien de vingerafdrukken al voorkomen in het bestand, zal in het kader van de verantwoordelijkheid voor de asielaanvraag een nieuwe hitmelding volgen.

Vc 2013
vervallen

top
top
top