topVc 2000 Deel A - 2 / 4.3.5. Kosten
De
leges voor een aanvraag tot het verlenen van een visum zijn vastgelegd
in artikel 16 Visumcode. Als hoofdregel geldt dat aanvragers een bedrag
van 60 euro aan visumleges dienen te
voldoen.
De kosten voor nationale visa
zijn nader uitgewerkt in de Regeling van de Minister van BuZa van
12 december 2003, nr. DJZ/BR-1003/2003 tot vaststelling van de
tarieven voor consulaire dienstverlening (Regeling op de consulaire tarieven), zoals laatstelijk gewijzigd bij besluit van 7 januari
2011, nr. DJZ/BR/0734-2010
(Staatscourant
2011 nr. 597 d.d. 14 januari 2011 ).
De ZHP maakt de geheven visumgelden in verband met het verlengen en wijzigen van visa voor in de regio Rotterdam-Rijnmond verblijvende zeelieden tenminste éénmaal per maand over op de rekening van de IND. Het
totaalbedrag van elke storting of overschrijving wordt aan de IND
gespecificeerd verantwoord.
De (overige) door de KMar en de ZHP
aan de grens geheven visumgelden worden wekelijks, vergezeld van een
gespecificeerde verantwoording, overgemaakt op de rekening van het
ministerie van
BuZa.
Vrijstelling van
kosten
In artikel 16 Visumcode is een aantal
categorieén vreemdelingen vrijgesteld van visumleges. Dit betreft
onder andere kinderen jonger dan 6 jaar. Daarnaast biedt het artikel
aan lidstaten de mogelijkheid om andere categorieén vrij te
stellen van de betaling van leges.
Ook in
visumfacilitatieovereenkomsten kunnen uitzonderingen worden gemaakt op
de plicht om leges te betalen. Deze uitzonderingen kunnen bestaan uit
zowel een lager legesbedrag of een volledige uitzondering voor bepaalde
categorieén personen.
Visa worden op
grond van artikel 3 Rijksbesluit op de consulaire tarieven kosteloos
verleend aan de vreemdeling die houder is van een diplomatiek
paspoort.
Daarnaast zijn vrijgesteld van kosten de in artikel
8.7, tweede, derde en vierde lid, Vw bedoelde familieleden van een
onderdaan van de EU, de EER of Zwitserland die zijn recht op vrij
verkeer uitoefent.
Voorts kan de Minister van BuZa in andere
gevallen waarin overwegingen van internationale hoffelijkheid of
reciprociteit besluiten om visa kosteloos te verstrekken (zie artikel 3 Rijksbesluit op de consulaire tarieven).
Terugkeervisa worden
op grond van artikel 3a, eerste lid, Regeling op de consulaire tarieven
kosteloos afgegeven aan vreemdelingen op wie de Wet betreffende de positie van Molukkers van toepassing is, op grond waarvan zij voor
terugkeer naar Nederland geen visum behoeven. Verder geldt ingevolge
art 3a, vierde lid onder b, Regeling op de consulaire tarieven een
verlaagd tarief voor Turkse onderdanen, als bedoeld in artikel 1,
onderdeel s, onder 6°. Het betreft hier Turkse onderdanen, die
rechten kunnen ontlenen aan de Associatieovereenkomst
EG-Turkije.
|