Een terugkeervisum is een nationaal
visum, dat recht geeft op terugkeer naar Nederland (zie artikel 2.3, eerste lid, onder d, Vb.)
Een dergelijk visum kan onder
bepaalde voorwaarden door de Visadienst, aan vreemdelingen die daarom
verzoeken, worden afgegeven
indien:
De indiening van een verzoek om een
terugkeervisum geschiedt op dezelfde wijze als een verzoek tot
wijziging of verlenging van een visum.
Het model van de
aanvraag om verlening van een terugkeervisum wordt beheerd door de IND.
Dit geldt ook voor de modellen van de beschikkingen tot afwijzing van
deze aanvraag. De Hoofddirecteur van de IND stelt op grond van het
basismodel aantekeningensticker het model voor het terugkeervisum vast
(zie bijlage 7 VV en de website van de
IND).
Vreemdelingen in
procedure
Een vreemdeling aan wie het is
toegestaan om in Nederland een (definitieve) beslissing op zijn
aanvraag tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel dan wel
regulier af te wachten, heeft, indien hij na uitreis uit Nederland
aanspraak wil maken op wedertoegang tot Nederland, hiervoor een
terugkeervisum nodig. Indien de vreemdeling niet visumplichtig is voor
Nederland geldt deze eis niet.
Ten aanzien van de vreemdeling
die in afwachting is van de beslissing op een aanvraag tot het verlenen
van een verblijfsvergunning regulier (eerste aanleg, bezwaar of beroep)
geldt het volgende. Indien de vreemdeling is ingereisd zonder te
beschikken over de vereiste mvv welke overeenkomt met het verblijfsdoel
waarvoor de verblijfsvergunning is aangevraagd, en evenmin besloten is
dat er sprake is van een gerechtvaardigd beroep op de hardheidsclausule
of vrijstelling van het mvv-vereiste, wordt aan hem geen terugkeervisum
verleend.
De vreemdeling die rechtmatig verblijf heeft op grond
van artikel 8, aanhef en onder f, g of h, Vw, én met de vereiste
mvv is ingereisd, welke overeenkomt met het verblijfsdoel waarvoor de
verblijfsvergunning is aangevraagd, komt in aanmerking voor een
terugkeervisum,
indien:
1. |
sprake
is van een dringende reden die geen uitstel van vertrek
gedoogt; |
2. |
de vreemdeling zich
gedurende zijn verblijf in Nederland heeft gehouden aan de maatregelen
van toezicht in het kader van de
Vw; |
3. |
de vreemdeling, om de reden voor
vertrek uit en terugkeer naar Nederland aannemelijk te maken, alle
daarvoor noodzakelijke gegevens heeft verstrekt en bescheiden heeft
overgelegd aan de verzoekende
instantie; |
4. |
de vreemdeling zelfstandig
beschikt over een geldig document voor
grensoverschrijding; |
5. |
het OM geen
bezwaar heeft tegen vertrek uit Nederland in verband met vervolging
wegens strafbare feiten of tenuitvoerlegging van een
vonnis; |
6. |
de beslissing op een aanvraag
tot het verlenen van een verblijfsvergunning, een bezwaarschrift, een
beroep op de Rechtbank of een hoger beroep op de ABRvS niet binnen de
geldigheidsduur van het terugkeervisum wordt
verwacht. |
In de volgende gevallen is er sprake van
dringende redenen die geen uitstel van vertrek
gedogen:
|
ernstige
ziekte of overlijden van een nabije bloedverwant (in de eerste en
tweede graad); |
|
het bijwonen van
een huwelijk van een nabije bloedverwant (in de eerste en tweede
graad); |
|
onder voogdij gestelde
minderjarigen die met het pleeggezin op vakantie naar het buitenland
gaan; |
|
deelname aan een in het
kader van de opleiding of studie van belang zijnde excursie of werkweek
in het buitenland; of |
|
deel
uitmaken van een sportteam dat Nederland in het buitenland zal
vertegenwoordigen. |
Daarnaast kunnen vreemdelingen
die voor zakelijke doeleinden wensen te reizen in aanmerking komen voor
een terugkeervisum, ongeacht het feit of er sprake is van dringende
redenen die geen uitstel van vertrek gedogen. Deze categorie
vreemdelingen dient wel te voldoen aan de voorwaarden 2 tot en met 6
zoals hierboven opgesomd. Bovendien moeten zij kunnen aantonen dat zij
een aanvraag tot het verlenen van een reguliere verblijfsvergunning
hebben ingediend en hiervoor leges hebben betaald.
Het
terugkeervisum wordt voor een vreemdeling die rechtmatig verblijf houdt
op grond van artikel 8, aanhef en onder f, g of h, Vw alleen kort voor
het vertrek van de vreemdeling afgegeven. Het terugkeervisum wordt
afgegeven met een geldigheidsduur voor het beoogde doel, maar voor ten
hoogste drie maanden. De geldigheidsduur van een terugkeervisum kan na
uitreis niet worden gewijzigd of verlengd. De geldigheidsduur van het
noodzakelijke document voor grensoverschrijding dient ten minste
één maand langer te zijn dan de termijn waarbinnen de
vreemdeling op grond van zijn terugkeervisum kan
terugkeren.
Het terugkeervisum is in deze gevallen slechts
geldig voor één reis, tenzij het gaat om vreemdelingen die
voor zakelijke doeleinden wensen te reizen. Deze categorie
vreemdelingen kan een terugkeervisum voor meerdere reizen
krijgen.
Terugkeervisa ten
behoeve van asielzoekers
Een terugkeervisum kan worden
verleend aan een vreemdeling die een aanvraag tot het verlenen van een
verblijfsvergunning asiel (als bedoeld in de artikelen 28 en 33 Vw)
heeft gedaan en rechtmatig verblijf houdt op grond van artikel 8, aanhef en onder f, g of h, Vw, indien althans aan de hierboven onder 1
tot en met 6 genoemde voorwaarden is voldaan. Echter, deze
vreemdelingen komen niet in aanmerking voor een terugkeervisum wanneer
het de terugkeer vanuit het land van herkomst
betreft.
Vreemdelingen in het bezit van
een verblijfsvergunning
In principe hebben
vreemdelingen die in het bezit zijn van een verblijfsvergunning asiel
dan wel regulier geen terugkeervisum nodig indien zij na een reis naar
het buitenland (binnen dan wel buiten het Schengengebied) weer naar
Nederland willen terugkeren. Immers, deze vreemdelingen hebben zonder
visum toegang tot Nederland indien zij beschikken
over:
|
een
paspoort of ander erkend reisdocument en een afzonderlijk document als
bedoeld in bijlage 7 VV; of |
|
een
paspoort en een door het ministerie van BuZa afgegeven
geprivilegieerdendocument (zie
A2/6.2.3). |
Niettemin kan aan deze vreemdelingen op
hun verzoek een terugkeervisum worden afgegeven, indien zij dit visum
nodig hebben voor de reis door of naar een land gelegen buiten het
Schengengebied (bijvoorbeeld ter verkrijging van visumfaciliteiten voor
of toegang tot dat land).
Het vorenstaande
geldt ook
voor:
|
Molukkers
die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers
(Stb. 1976,
468) als Nederlander worden behandeld;
en |
|
vreemdelingen die al wel een
positieve beslissing op hun aanvraag tot het verlenen van een
verblijfsvergunning regulier hebben ontvangen maar nog in afwachting
zijn van een verblijfsdocument als bedoeld in bijlage 7 VV. |
Zij behoeven hiervoor géén dringende
reden aan te dragen.
De geldigheidsduur van zowel het
grensoverschrijdingsdocument als de geldigheidsduur van de aan de
vreemdeling verleende verblijfsvergunning dient de duur van het
terugkeervisum met ten minste één maand te
overschrijden.
Het terugkeervisum wordt voor ten hoogste
één jaar verleend. Dit is slechts anders ten aanzien van
Molukkers die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers
(Stb. 1976,
468) als Nederlander worden behandeld. Aan hen kan voor een
periode van langer dan 1 jaar een terugkeervisum worden verleend. Dit
laat onverlet dat de vreemdeling zijn hoofdverblijf niet buiten
Nederland mag vestigen. De geldigheidsduur van een terugkeervisum kan
na uitreis niet worden gewijzigd of verlengd. Het terugkeervisum kan,
voor de hiervoor genoemde vreemdelingen, worden verleend voor
één of meerdere
reizen.
Terugkeervisa aan
vreemdelingen die in afwachting zijn van een beslissing op hun aanvraag
tot verlenging of wijziging van de
vergunning
Een terugkeervisum kan tevens
worden verstrekt aan de vreemdeling die in het bezit is (was) van een
verblijfsvergunning, indien hij (tijdig) verlenging of wijziging van de
beperking van zijn vergunning heeft gevraagd. In deze gevallen behoeft
geen dringende reden te worden aangevoerd. De overige voorwaarden zoals
eerder vermeld onder 2 tot en met 6 'vreemdeling in
procedure' blijven onverkort van kracht.
Aan studenten
die in afwachting zijn van een beslissing op hun aanvraag tot
verlenging van de verleende vergunning kan - indien zij in het
kader van hun studie voor langere tijd naar het buitenland moeten
reizen - een terugkeervisum worden verleend met een
geldigheidsduur van maximaal zes maanden. De student dient de noodzaak
en de duur van zijn verblijf in het buitenland met documenten te
onderbouwen.
Houders van een
verblijfsvergunning asiel
Een terugkeervisum
kan worden verleend aan een vreemdeling die in het bezit is van een
verblijfsvergunning asiel voor bepaalde of onbepaalde tijd. Zij
behoeven hiervoor géén dringende reden aan te dragen. Echter,
deze vreemdelingen komen niet in aanmerking voor een terugkeervisum
wanneer het de terugkeer vanuit het land van herkomst betreft. Het is
hierbij niet van belang of het om een verblijfsvergunning asiel voor
bepaalde of voor onbepaalde tijd gaat.
Indien de vreemdeling
beschikt over een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd, vormt
een aanvraag tot het verlenen van een terugkeervisum voor terugkeer uit
het land van herkomst grond om op basis van artikel 32, eerste lid, onder c, Vw een aanvraag tot verlenging van die verblijfsvergunning af
te wijzen. De grond voor verlening is daaraan immers kennelijk
ontvallen. Ook de vreemdeling die beschikt over een verblijfsvergunning
asiel voor onbepaalde tijd komt niet in aanmerking voor een
terugkeervisum voor terugkeer uit het land van herkomst, aangezien
diens vluchtelingenpaspoort niet geldig is voor zijn land van
herkomst.
Indien de vreemdeling die in het bezit is van de
verblijfsvergunning asiel voor onbepaalde tijd, van oordeel is dat hij
niet meer behoeft te vrezen voor vervolging in zijn land van herkomst,
bijvoorbeeld vanwege een regimewijziging, dan kan hij zich tot de eigen
autoriteiten wenden voor het verkrijgen van een nieuw nationaal
document voor grensoverschrijding, waarmee hij naar het land van
herkomst kan reizen.
Kosten
terugkeervisa
Voor de behandeling van een aanvraag voor
een terugkeervisum zijn leges verschuldigd (zie verder
A2/4.3.5).
Ad b Visum voor verblijf van
langere duur (mvv) (type D)
Visa voor een
verblijf van langere duur (type D) zijn visa die door de diplomatieke
of consulaire vertegenwoordiging van een Schengenstaat overeenkomstig
de eigen wetgeving worden afgegeven. Ingevolge Verordening EU 265/2010
geeft een dergelijk visum de houder, mits hij voldoet aan de in artikel
5, eerste lid, onder a), c), en e) Schengengrenscode bedoelde
toegangsvoorwaarden, en niet gesignaleerd staat op de nationale
signaleringslijst van de betrokken staat, het recht op inreis in en
circulatie binnen het grondgebied van de overige Schengenstaten voor de
duur van maximaal drie maanden (90 dagen) per periode van zes
maanden(180 dagen).
De mvv is een nationaal visum dat wordt
afgegeven door een Nederlandse diplomatieke of consulaire
vertegenwoordiging in het buitenland (artikel 1, onder h, Vw).
Een mvv-verklaring, in de vorm van een voorbedrukt
formulier kan in de plaats komen van de mvv gesteld in het paspoort. In
dat geval moet de houder van de verklaring steeds in het bezit zijn van
het daarin aangegeven reisdocument.
Zie voor bepalingen omtrent
aanvraag, afgifte en vrijstellingen van een mvv B1/1.1, B1/1.2 en B1/4.1.1 van de Vc.