Vc 2013
Vc 2013 - A3 / 7.1.1. Raadplegen BMABij de beoordeling van een aanvraag op grond van artikel 64 Vw kan de IND het BMA verzoeken om een advies uit te brengen. Het raadplegen van BMA is niet nodig als het gaat om een aanvraag op grond van artikel 64 Vw bij zwangerschap of tuberculose (zie paragraaf A3/7.4 en 7.5 Vc). De IND wijst in ieder geval de aanvraag van de vreemdeling af zonder advies aan het BMA te vragen als de vreemdeling: Een uitzondering op het niet aantonen van de medische situatie is als de DT&V, het COA of de ambtenaar belast met grensbewaking, concrete aanwijzingen heeft dat de vreemdeling medisch gezien niet in staat is om te reizen. De vreemdeling moet onder behandeling staan bij een behandelaar. In dit geval moet de ambtenaar belast met de uitzetting of ontruiming of de ambtenaar van de DT&V ook zonder nadere onderbouwing van het beroep op artikel 64 Vw door de vreemdeling zich ervan vergewissen of de uitzetting achterwege moet blijven en bij de IND een medisch advies (laten) vragen. Als vaststaat dat de vreemdeling om medische redenen niet in staat is om te reizen, kan het achterwege laten van de uitzetting op grond van artikel 64 Vw op advies van de DT&V, zonder onderliggende aanvraag worden vastgesteld en verleend door de IND. Als bewijsmiddel volstaat een bewijs van ziekenhuisopname of een ander medisch bewijs, of een advies van de DT&V waaraan een dergelijk bewijs ten grondslag heeft gelegen. In dat geval kan de aanvraag van de vreemdeling op grond van artikel 64 Vw ingewilligd worden zonder dat daarvoor eerst een advies wordt ingewonnen bij BMA. De IND vraagt het BMA geen informatie over behandelmogelijkheden in het land van herkomst als de vreemdeling zijn identiteit en nationaliteit onvoldoende aantoont. Aangezien het onderzoek naar de behandelmogelijkheden wordt gefrustreerd door de vreemdeling door het niet aantonen van de identiteit en nationaliteit, wordt uitgegaan van het bestaan van behandelmogelijkheden. |
Vc 2000
|